top of page

Daklozenzorg niet langer een doekje voor het bloeden

Lander De Koninck

 

“Ongelooflijk! We zijn vijftien jaar geleden begonnen met één blad recto verso en kijk nu, meer dan zeventig pagina’s aan strategie”, vertelt Jean Peeters van het Gemeenschappelijk Daklozenfront opgetogen. De aanleiding voor zijn euforie is het masterplan voor het uitbannen van dakloosheid van Bruss’help. Dat schrijft een alomvattende strategie voor om thuisloosheid aan te pakken in samenwerking met alle belanghebbenden in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest met als doel dakloosheid vanaf 2029 definitief tot het verleden te veroordelen.



Met het plan heeft Brussel een wereldwijde primeur te pakken. In 2021 verklaarde de Verenigde Naties in haar duurzame ontwikkelingsdoelstellingen een einde te willen maken aan armoede en dakloosheid. Ook de Europese Unie onderschreef dit objectief. Daarop organiseerde Bruss’help drie dagen lang rondetafelgesprekken met alle betrokken partijen over thuisloosheid in Brussel. Op basis van de besognes die in die gesprekken naar voren kwamen werkte Bruss’help in nauw contact met de belanghebbenden verder om drie jaar later dit zwaarlijvige document te presenteren. “Het is geen utopisch pamflet, maar het bestaat uit concrete acties. Er worden doelen gesteld die behaald moeten worden. Echt iets dat geïmplementeerd moet worden”, besluit verantwoordelijke voor het plan Constance de Crombrugghe.

Constance van Bruss'help

Voor Jean Peeters (Daklozenfront) ligt de genialiteit van het plan bij de verscheidenheid aan geraadpleegde partijen. Naast organisaties uit de daklozenzorg gaven ook andere sectoren die in contact komen met dakloze mensen of mensen die dat dreigen te worden zoals ziekenhuizen, jeugdinstellingen en het gevangeniswezen hun kijk op het probleem. Ook daklozen en ex thuislozen kregen een stem. “Zij zijn de ware experten van de situatie. Hun inzichten waren bijzonder waardevol”, klinkt het bij de Crombrugghe. Mede dankzij die gesprekken werd het probleem van de institutionele discriminatie duidelijk. Mensen die dakloos zijn - of dreigen te worden - kunnen het Brusselse bureaucratisch systeem als vijandig ervaren. In hun zoektocht naar hulp worden zij vaak van dienst naar dienst doorgestuurd met grote frustratie en radeloosheid tot gevolg.

Adama - die sinds maart verblijft in het opvangcentrum Albatros -  is ook van het kastje naar de muur gestuurd in haar zoektocht naar huisvestiging. Op het gemeentehuis had ze een belangrijke afspraak voor haar toekomst, maar toen ze daar eenmaal aankwam bleek dat niemand haar bezoek verwacht had. “Aan de balie zeiden ze me dat ik daar geen afspraak had”, vertelt een zichtbaar aangeslagen Adama. “Gelukkig kwam de vrouw met wie ik een afspraak had toevallig naar de balie. Als ze dat niet had gedaan, dan weet ik niet wat er gebeurd zou zijn”, gaat Adama verder terwijl ze de tranen verbiedt over haar wangen te vloeien.



Adama

Naast de problematiek van het institutioneel onrecht bracht de analyse over dakloosheid een tweede pijnlijk punt naar boven. Daklozenzorg in Brussel bestaat uitsluitend uit crisismanagement en ontbreekt een preventief luik. Dat er nood is aan een strategie die mensen die dak of thuisloos dreigen te worden kan helpen, werd pijnlijk duidelijk tijdens een bezoek aan Doucheflux. In een bescheiden rijhuis in Anderlecht helpen Marilou Galichet en een handvol andere werknemers dinsdagochtend om en bij de 80 daklozen met hun persoonlijke hygiëne en dossiers. “Het is hier de voorbije tijd ongelooflijk druk”, vertelt Galichet. Ook vanuit andere instellingen weerklinkt dezelfde noodkreet. Bij het volzette opvangcentrum Albatros komen dagelijks nog 15 mensen aankloppen voor een slaapplaats en ook Chez Nous/Bij Ons geeft aan dat het drukker is dan ooit tevoren.


“Mensen moeten ergens kunnen slapen, maar daar los je het probleem niet mee op. Dat is als een ‘dafalgannetje’ tegen de hoofdpijn zonder dat je zoekt waarom je steeds hoofdpijn hebt.”

Al die opvangcentra en daklozenbegeleidingscentra zijn nobel en noodzakelijk, maar als je het probleem echt wilt verhelpen moet je het aanpakken bij de wortels en voorkomen dat mensen dakloos worden. Dat vindt ook Seppe, sociaal werker in Albatros. “Mensen moeten ergens kunnen slapen, maar daar los je het probleem niet mee op. Dat is als een ‘dafalgannetje’ tegen de hoofdpijn zonder dat je zoekt waarom je steeds hoofdpijn hebt.”


Om te voorkomen dat daklozenzorg als een pleister wordt op een immer bloedende wonde, moet de oorzaak van het bloeden aangepakt worden. Vandaar dat het masterplan maximaal inzet op preventie tegen dakloosheid. De komende twee jaar zal hieraan nog verder gewerkt worden waarna de politiek moet overgaan tot implementatie van het plan. Vanuit daklozenorganisaties is er maar weinig vrees dat politici hieraan geen gevolg zullen geven. Bij de opening van een nieuwe vestiging van Chez Nous/Bij Ons waren veel politici aanwezig. Ook Jean Peeters voelt na 15 jaar meer politieke bereidheid om dakloosheid te verhelpen. Dat zal ook nodig zijn. Het masterplan toonde aan dat een holistische visie vereist is waarbij alle krachten vanuit verschillende sectoren gebundeld moeten worden. Alleen zo kan het bloeden stoppen en thuisloosheid verdwijnen.

 

 

 

50 views0 comments

Comentários


bottom of page