top of page

Ervaringen van ouderen in het Brusselse openbaar vervoer: "Als de loketten op stations weggaan, begin ik een revolutie!"


De vergrijzing neemt toe, ook in Brussel. Met de toenemende digitalisering en de drukte van de stad rijst dan de vraag: is het openbaar vervoer wel goed genoeg ingericht voor 65-plussers?


Elisa Potoms en Noëlle Habraken


Het aantal ouderen in Brussel blijft de komende jaren toenemen, wat betekent dat ook meer ouderen het openbaar vervoer zullen gebruiken. Maar vaak zijn ze minder goed ter been, waardoor hoge opstapjes en wilde busritten obstakels zijn. Ook beschikken ze niet allemaal over de digitale skills die vaak als vanzelfsprekend worden beschouwd en die vaak nodig zijn om een ticket te kopen. Meer dan 19% van de 65- tot 73-plussers hebben geen toegang tot mobiel internet, en bij 74-plussers gaat het zelfs over 35%. Dat alles schrikt ouderen af om het openbaar vervoer te gebruiken. Althans, dat is te verwachten. Maar in Brussel valt het toch erg mee volgens de ouderen die wij spraken.


“Het is bijna gratis, ideaal”

In de stad maakt maar liefst 39% van de ouderen boven de 65 gebruik van de metro als voornaamste vervoersmiddel, terwijl 20% de bus of tram neemt. Dat vertelt de woordvoerder van de MIVB, An Van Hamme ons. Het openbaar vervoer blijft dus bijzonder populair onder ouderen. Zo vertelt de 65-jarige Karel tijdens een potje seniorenbadminton, waar hij met de bus naartoe is gekomen, dat hij het OV in Brussel ideaal vindt: “Je kunt eigenlijk overal wel komen en het is bijna gratis, ideaal toch?”


Voor de Brusselse senioren is het openbaar vervoer inderdaad geen grote kost. Ongeveer een kwart van de ouderen in Brussel heeft het 65+-abonnement van de MIVB. Daarmee kunnen ze voor slechts 12 euro een heel jaar gebruikmaken van het openbaar vervoer in Brussel. “Oud zijn heeft zo toch ook wat voordelen”, glimlacht Karel. Ook Herman is enthousiast over het Brusselse OV: “Het openbaar vervoer? Dat zit goed hé. Met de auto moet je hier niet zijn. Ik neem het openbaar vervoer alle dagen en ik heb een goedkoop abonnement.”

 

“Mijn auto is aan het roesten”

De beperkingen van andere vervoersmiddelen in Brussel zijn ook een reden voor ouderen om het openbaar vervoer te kiezen. “Ik kan nooit een fatsoenlijke parkeerplek vinden voor zowel mijn auto als mijn fiets”, vertelt Willem tijdens de pauze van het badmintonnen. “Och... Mijn auto is zelfs al verroest!” roept Neeke uit. “Ik gebruik hem nooit meer, er is altijd file hier.” De MIVB laat weten dat juist door de drukte op de weg de metro zo populair is, niet enkel onder de ouderen.


Twee actieve zeventigers in het station van Brussel-Centraal geven aan heel graag de trein te nemen, ook al rijden ze allebei nog met de auto: “Da’s plezant hé. En binnenkort zullen we wel met de trein moeten komen want onze auto is te oud en mag hier niet meer binnen.”

 

“Vervoersbewijs haal ik een keer per jaar bij het loket”

Het is vooral opmerkelijk dat ouderen in Brussel weinig moeilijkheden hebben met de digitalisering in het OV. België staat erom bekend dat het fysieke en digitale systeem in het openbaar vervoer naast elkaar blijft bestaan. Zo bekeken is het openbaar vervoer in vergelijking met buurlanden als Nederland vrij ‘ouderwets’. Dit heeft voor- en nadelen, maar voor de ouderen vooral voordelen. Zij kunnen hun seniorenticket nog fysiek kopen bij een van de twaalf kiosken of een van de vijf loketten in Brussel, en doen dat ook. “Ik koop mijn ticket altijd bij een loket, hoe moet ik dat anders doen? Als die sluiten dan begin ik een revolutie!” roept Renée cynisch maar met een serieuze ondertoon. In totaal koopt 85% van de ouderen een ticket of abonnement bij een kiosk of BOOTIK-loket. Dat 65-plussers een jaarabonnement kunnen gebruiken, betekent ook dat ze maar één keer per jaar naar het loket moeten. Het kabinet van mobiliteit laat ook weten dat er voorlopig ook geen plannen zijn om verder te digitaliseren.

 

Het kabinet geeft aan de ouderen zoveel mogelijk te proberen informeren over de digitalisering in het OV. Zo organiseert de dienst “sociale cohesie” van de MIVB workshops rond het gebruik van de app en andere digitale tools op de smartphone, waar voornamelijk ouderen op afkomen. Ook voeren ze campagnes rond digitalisering waarin ze affiches met informatie ophangen aan de palen op stations.

 

Voor de huidige minister van mobiliteit, Elke van den Brandt, was informatievoorziening voor ouderen een essentieel element. Omroepberichten werden in 2020 geïntroduceerd in de metro's, trams en bussen van de MIVB en de metrostations. “De nieuwste trams en bussen zijn voorzien van externe luidsprekers, waarmee het lijnnummer en de bestemming van het voertuig hoorbaar moet zijn”, aldus het kabinet.

 

“Ik word door de bus gelanceerd”

Toch zijn de senioren niet over alles even positief. Zo klaagde de Vlaamse ouderenraad recentelijk nog over het rijgedrag van buschauffeurs. Neeke vindt de bus nemen verschrikkelijk: “Als je geen zitplaats hebt, kun je zo de hele bus door worden gelanceerd”, moppert ze. De rest van de badmintongroep sluit zich daarbij aan. Volgens de MIVB moeten jongere mensen plaatsmaken voor ouderen. “We zijn bezig met sensibiliseringscampagnes om mensen erop attent te maken dat het wenselijk is om ruimte te maken voor mensen die minder goed ter been zijn. Dat hangt ook uit in de voertuigen”, geeft de woordvoerder van de MIVB aan. “Rustig rijden is ook een onderdeel van de rijopleiding van chauffeurs”, voegt de woordvoerder toe. Maar ondanks de klachten neemt de MIVB geen extra maatregelen om buschauffeurs bewuster te maken van het belang van een rustige rijstijl.


Een ander terugkerend probleem dat de ouderenraad aankaart, zijn de opstapstukjes voor de trein en de bus. “Het verschil tussen perron en vloer van het voertuig moet minimaal zijn, dat is een van onze topprioriteiten”, bevestigt An Van Hamme. “We zijn volop bezig om borden aan te brengen.” De 75-jarige Herman laat weten dat hij daar nog niet veel van heeft gemerkt. “Ik pak liever de metro”, zegt hij. “Daar zijn de opstapjes altijd gelijk.”

 

44 views0 comments

Comments


bottom of page